Bron: Website PKN

Die vraag stelde Coen Verbraak in het programma ‘Kijken in de ziel’ aan een bevindelijk-gereformeerde dominee, die daar ‘ja’ op antwoordde. Mag je alles vragen? Mag je bidden om regen? Het gebed dat ik schreef vanwege de grote droogte die er heerst in ons land, maakte nogal wat los en laat zien dat mensen in de kerk heel verschillend tegen het gebed aankijken.

Velen waren er blij mee, anderen vonden het een ouderwetse manier van bidden: ‘dit ken ik van vroeger, dit is niet van deze tijd…’

Gebed om zegen

Overigens, wat mij betreft was en is het nog steeds niet een gebed om regen, maar een gebed om zegen, een gebed waarin we ons met alles wat we zijn en voelen en ons zorgen over maken, wijden aan God. Ook dus, ja, met die zorg om de schepping nu de gewassen staan te verdrogen op het land en mensen met een zwakke gezondheid bezwijken onder de hitte en het nodig is met elkaar mee te leven in de zorg die het geeft bij boeren, de zorg die het geeft om ons veranderende klimaat. En ik schat zomaar in dat dit gebed heel anders aankomt in agrarische gebieden, waar mensen de afhankelijkheid van de elementen ondervinden dan in stedelijke gebieden waar het water toch wel uit de kraan blijft komen.

Dit gebed was een momentopname. Ik had wellicht ook wat andere en sterkere accenten kunnen leggen, ik had ons ook kunnen verootmoedigen voor ons aandeel in klimaatverandering; ik had ook kunnen aanvullen dat we in alle extreme omstandigheden ons aan God mogen toevertrouwen, naast droogte ook wateroverlast; ik had het probleem niet alleen voor ons land, maar wereldwijd kunnen benoemen: gemiste regen in ons land geeft immers nog geen hongersnood zoals in Soedan… Tel je zegeningen, zeker…

Ik ben ook eigenlijk wel blij dat dit gebed reacties heeft opgeroepen. Collega’s gaven aan hoe zij dan zouden bidden en dat leverde in de social media nog meer gebeden op, mooi toch? Er wordt weer over bidden gesproken, over wat het voor gelovigen is en wat het niet is en dat is toch winst…

Veilig bidden

En toch… de reacties op dit gebed legden theologische verschillen in onze kerk bloot. Ik vind het best jammer, dat we elkaar in onze uitingen van ons geloof niet altijd kunnen vinden. Ik neem in onze kerk zoiets waar als ‘veilig’ bidden, veilig bidden staat voor mij dan voor zo’n algemeen geformuleerd gebed dat niemand zich er een buil aan kan vallen en God, hoe we Hem of Haar dan ook zien, al helemaal niet. Men heeft moeite met het Godsbestuur omdat men alles in oorzaak en gevolg wil vatten, regen en droogte komen voort uit verkeerd menselijk handelen en mag je dat God in de schoenen schuiven? Bidden is dan alleen nog een indirecte aansporing tot handelen. Het is bidden onder een gesloten hemel, waarin we enkel nog aan God vragen ons wijsheid en moed te geven. Bidden als uiting van onze verantwoordelijkheid, waarbij we het ten diepste niet meer van een hogere macht verwachten.

Geloven is voor mij hartstocht en ik wil met alles in mijn leven bij God betrokken zijn, ik weet Hem ook in alles op mij betrokken en ik wil boven alles zijn Koninkrijk dienen. Deze hartstocht brengt met zich mee, dat ik alles deel wat mij aan het hart gaat. Niet als een vragenlijstje aan God waar Hij aan moet voldoen, dat laat ik uiteindelijk aan Hem. Maar ik noem het wel, ik zou niet anders willen.

Ik vind dat ook terug in het Psalmboek, ik vind dat ook terug in het gebed van een vrouw als Hanna. En als het om er om gaat, hoe dat dan kan werken, wil ik wel een voorbeeld uit mijn eigen leven noemen: ik bad als Hanna ook om een kind en God gaf me het inzicht dat er kinderen op de wereld zijn die graag een moeder en vader zouden hebben en ik ontving de moed om kinderen te adopteren…

Toevertrouwen aan God

Mag je alles vragen aan God? Bidden kan blasfemisch worden. God voor jouw karretje. Je moet ervoor oppassen niet naar jezelf toe te bidden, het gaat uiteindelijk om Gods Koninkrijk en zijn gerechtigheid. Maar soms is je kinderlijk toevertrouwen aan God het enige wat je hebt: ik was in een penitentiaire inrichting en de vrouwen baden heel kinderlijk, heel concrete, vragende gebeden waarvan ik dacht: zou God daar iets mee kunnen? Liturgisch absoluut onverantwoord… Maar ze deden het toch maar en wisten zich met hun God verbonden en ontvingen kracht in hun moeiten.

Als gij voor Hem uw hart uitstort,
vertrouw dat Gij gezegend wordt,
God is een schuilplaats voor ons allen. 
Psalm 62: 5

ds. Saskia van Meggelen – preses generale synode