Het ‘oude’  liedboek is vooral een gebruiksboek gebleken voor de kerkdienst op zondag. Dat zal ook het eerste verband zijn waarbinnen het nieuwe liedboek zal functioneren.

Maar daarnaast zijn er nog andere verbanden geformuleerd, waarvoor het nieuwe liedboek bestemd zal zijn. Zo bestaat het nieuwe liedboek uit vier ‘leefkringen’:

-Eredienst op zon- en feestdagen

-Overige gemeentevieringen en vieringen in kleinere kring, in het bijzonder de getijden

-Pastoraat

-Meditatie

 

De liederen:                                                                                                                                                                                                                                                          Het nieuwe Liedboek is een liedboek voor mensen die zingen in huis en kerk en school. Het telt een fors groter aantal liederen     ( totaal 1016 ), uit de breedte van de christelijke traditie. Naast Psalmen en gezangen bevat het Liedboek ook een verzameling liturgische teksten.

 

Psalmen:
De ‘Psalmberijming 1967’ (de 150 psalmen zoals ze in het Liedboek voorkomen) is integraal opgenomen in het nieuwe liedboek. Dit psalter behoort onmiskenbaar tot het culturele en liturgische erfgoed van de Nederlandse protestantse kerken. Daarnaast zijn er ook andere berijmde en onberijmde psalmen gekozen. Bij de onberijmde psalmen moet men vooral denken aan de ‘antwoordpsalmen’ zoals deze bijvoorbeeld in Gezangen voor Liturgie zijn te vinden. De ruimte in een nieuw liedboek zal het niet toelaten om alle psalmen in verschillende vormen een plaats te geven. De keuze zal sterk bepaald worden door hun bruikbaarheid in de liturgie van de kerken.

Gezangen in het Liedboek:
Uit de gezangen die in het huidige Liedboek staan is een ruime keuze gemaakt. In deze liederen komt de traditie tot ons en zo blijft de kerk van de 21e eeuw verbonden met hen die door de eeuwen heen zingend zijn voorgegaan. Naast oude liederen moeten we dan ook vooral denken aan liederen die ontstaan zijn in de jaren 50 en 60 van de vorige eeuw en inmiddels tot de ‘klassiekers’ van het Nederlandse kerklied zijn gaan behoren.

Nieuwe Nederlandse liederen:
Na de verschijning van het Liedboek is de ontwikkeling van nieuwe kerkliederen in Nederland doorgegaan. Daarbij is een grote verscheidenheid aan stijlen ontstaan, passend bij de pluriformiteit van de kerken. Deze liederen zijn verzameld in liedbundels van kerkgenootschappen (zoals Gezangen voor Liturgie en Oud-Katholiek Gezangboek) maar ook in andere verzamelingen (zoals Tussentijds, Zingend Geloven, Evangelische Liedbundel) en in bundels met liederen van één dichter (zoals Huub Oosterhuis, Sytze de Vries, André Troost).

Nieuwe buitenlandse liederen:
Hierbij valt te denken aan liederen uit recent verschenen gezangboeken in het buitenland (zoals Duitsland, Zwitserland, Schotland en de Scandinavische landen), maar ook aan liederen uit Taizé en Iona en aan liederen uit andere werelddelen die in oecumenisch verband belangrijk zijn geworden en op internationale bijeenkomsten worden gezongen. Zingenderwijze ontstaan verbanden ook over de grenzen van nationaliteiten heen en wordt de gemeente van Jezus Christus tot één wereldwijde gemeenschap.

Kinder-, jeugd- en tienerliederen:
Het ontbreken van deze liederen in het Liedboek wordt allang als een gemis ervaren. Er is een eigen repertoire van dergelijke liederen opgenomen. Deze liederen moeten een zodanig niveau hebben dat zij door de hele geloofsgemeenschap kunnen worden meegezongen zonder dat iemand zich tekort gedaan voelt. Deze liederen zullen daarom ook niet in een aparte rubriek, maar in de verschillende rubrieken van het nieuw liedboek worden opgenomen.

Liturgica:
De liturgische praktijk van onze tijd vraagt om te zingen varianten voor vaste elementen uit de orde van dienst (gezongen drempelgebeden, acclamaties, tafelgebeden, etc.). Maar ook moet men denken aan wat in de huiskring gebruikt kan worden, bijvoorbeeld bij de maaltijd.

Overige zangvormen:
Hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan canons en kernverzen (een toonzetting van een enkel bijbelvers dat op allerlei manieren zelfstandig gebruikt kan worden, bijvoorbeeld als refrein bij een gesproken tekst). Het zijn zangvormen die de eredienst en andere bijeenkomsten kunnen verlevendigen.

Gebeden en teksten voor meditatie:                                                                                                                                                                                                                Het nieuwe liedboek is ook bedoeld als persoonlijk meditatieboek voor gebruik thuis. Meditatieve teksten en gebedsteksten kunnen, naast liederen, ook een belangrijke functie vervullen in het pastoraat. In de Nederlandse traditie is een liedboek nagenoeg uitsluitend bestemd geweest voor gebruik in de eredienst. In een nieuw liedboek zullen ook meditatieve teksten worden opgenomen in verband met de toegenomen behoefte daaraan voor het persoonlijke geloofsleven.

 

(Bron: www.liedboek.nl )