Zondag Trinitatis – de zondag na Pinksteren

Doopdienst 

De Heilige Doop zal worden bediend aan:

 

Eva, Annigje Maria, Knufing

 

Voorg: Ds. Peter den Braanker

Organist: Bert v d Klis

 

Liturgie

 

Lied van de maand (te zingen voor de dienst): Lied 699

1      O Pinksterdag, Paasfeest in ’t goud: God heeft ons niet verlaten;

zijn Geest getuigt zeventigvoud, brengt ons in alle staten.

2      O hemelvuur, stormende kracht, als duif hier neergestreken,

brand ons vooruit door diepe nacht, de aarde tot een teken.

3      O pracht van God, kolom van licht, zelf aan het Licht onttogen,

o warmte van Gods aangezicht: door U zijn wij bewogen.

4      O Trooster lief, berg ons in U, wij waren haast verloren:

waar blijft de hoop als wij niet nu uit U worden herboren?

 

Welkom door de ouderling van dienst

Aanvangslied (staande): Lied 303

1      Zonne en maan, water en wind,

de bloem en het kind schiep onze God.

Hemel en aard’ heeft Hij gemaakt.

Schepper, wij willen U danken.

Schepper, wij danken U.

Schepper, wij prijzen U.

Schepper, wij zingen uw heilige Naam.

2      Jezus, Gods Zoon, leefde en stierf

voor allen, voor ons. Hij leeft vandaag

hier onder ons, hier onder ons.

Jezus, wij willen U danken.

Jezus, wij danken U.

Jezus, wij prijzen U.

Jezus, wij zingen uw heilige Naam.

3      Geest, die ons troost, levend nabij,

genezing en vuur. Adem van God,

kracht onderweg, dag in dag uit.

Trooster, wij willen U danken.

Trooster, wij danken U.

Trooster, wij prijzen U.

Trooster, wij zingen uw heilige Naam.

Groet:

Voorganger:   In de Naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest.

Onze hulp is in de naam van de Heer,

Gemeente:      die hemel en aarde gemaakt heeft,

Voorganger:   die trouw blijft tot in eeuwigheid

Gemeente:      en niet laat varen het werk van zijn handen

 

Gebed van toenadering

(gemeente gaat zitten)

 

Lied 791: 1, 2, 3 en 6

1      Liefde, eenmaal uitgesproken als uw woord van het begin,

liefde, wil ons overkomen als geheim en zegening.

2      Liefde, die ons hebt geschapen, vonk waarmee Gij zelf ons

.        raakt, alles overwinnend wapen, laatste woord dat vrede maakt.

3      Liefde luidt de naam der namen waarmee Gij U kennen laat.

.       Liefde vraagt om ja en amen, ziel en zinnen metterdaad.

6      Liefde boven alle liefde, die zich als de hemel welft

.       over ons: wil ons genezen, bron van liefde, liefde zelf!

Kyrië-gebed

Gloria-lied: Lied 704

1      Dank, dank nu allen God met hart en mond en handen,

die grote dingen doet hier en in alle landen,

die ons van kindsbeen aan, ja, van de moederschoot,

zijn vaderlijke hand en trouwe liefde bood.

2      Die eeuwig rijke God moge^ons reeds in dit leven

een vrij en vrolijk hart en milde vrede geven.

die uit genade ons behoudt te allen tijd,

is hier en overal een helper die bevrijdt.

3      Lof, eer en prijs zij God, die troont in ’t licht daarboven.

Hem, Vader, Zoon en Geest moet heel de schepping loven.

Van Hem, de ene Heer, gaf het verleden blijk,

het heden zingt zijn eer, de teokomst is zijn rijk.

Doopbediening

– Inleidend woord

– Dooponderwijzing en doopgebed

 

De doopouders gaan staan

 

Naamgeving:

–   Stanley en Tini: met welke naam willen jullie, dat je kind genoemd zal zijn bij God en bij de mensen?

Antwoord van de ouders

 

  • De doopouders komen nu met hun kind en alle andere kinderen, die dat willen, rondom de doopvont staan.

–   Uitgieten van het water in de doopvont

  • De doop wordt bediend

Zegen:

God zegene jou door de liefde van jouw ouders,

in gemeenschap met zijn Heilige Geest,

die het zwakke behoedt, het kleine groot acht,

en jou zal leiden naar zijn Rijk,

door Jezus Christus, onze Heer. Amen

De ouders gaan zitten

 

Zingen: Verbonden met vader en moeder

1      Verbonden met vader en moeder, natuurlijk het meest met die twee,

maar ook met de andere mensen vier jij dit feest met ons mee.

Refrein: Je hebt al een naam, maar je krijgt er één bij op dit feest want jij wordt gedoopt in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest.

2      Je bent al een tijdje bij mensen, je naam is bij ons al vertrouwd en dus is het tijd om te vieren, dat God die je kent, van je houdt.

Refrein

 3      Je bent een begrip aan het worden; steeds meer mensen noemen je naam; ook God begint jouw naam te roepen en dus zijn we hier nu .  .         tezaam.

Refrein

4      Nu mag je gaan leven met mensen verbonden in liefde en trouw omdat zij vandaag bij dit dopen Gods Naam legden naast die van jou.

Refrein

Aanbieden van de doopkaars en de doopkaart

Doopvragen:

– Vragen aan de doopouders

– Vraag aan de gemeente om te gaan staan en te antwoorden op de volgende vraag:

– Wilt u, gemeente, een kring van licht om deze ouders en hun kinderen heen zijn en hen dragen in uw gebeden?

Wat is hierop uw antwoord?

 

We zingen nu staande: Dooplied

1      Jij bent van God mijn kind,

je werd als pasgeboren al in de kerk gebracht,

God heeft aan jou gedacht.

Waarom huil je, ben je bang, toe blijf niet huilen,

je mag je leven lang bij je Vader schuilen.

2      Jij bent van God mijn kind, je Vader wil je troosten,

als jij het kwade doet en daarvan huilen moet.

Waarom huil je, ben je bang, toe blijf niet huilen,

je mag je leven lang bij je Vader schuilen.

3      Wij allen zijn Gods kind, het eigendom van Vader,

en wij vergeten niet hoe Hij ons dopen liet.

Waarom huil je, ben je bang, toe blijf niet huilen,

je mag je leven lang bij je Vader schuilen.

(iedereen gaat zitten en de kinderen gaan naar de kindernevendienst)

 

Gebed om de opening van het Woord

1e Schriftlezing: Exodus 2: 1 – 10

Zingen: Lied 695: 1, 2 en 3

1      Heer, raak mij aan met uw adem, reik mij uw stralend licht,

wijs mij nieuwe wegen, geef op uw waarheid acht.

2      Raak met uw adem mijn onrust tot ik de rust hervind.

Al mijn wonden heelt Gij: Gij ziet in mij uw kind.

3      Wees ook de Geest die mij aanvuurt en al mijn twijfels bant.

Als geroepen kom ik: mijn tijd is in uw hand.

2e Schriftlezing: Handelingen 2: 33 – 47

Zingen: Lied 695: 4 en 5

4      Kom en doorstraal mijn dagen, Geest van God uitgegaan,

die mijn ogen opent voor wie naast mij staan.

5      Heer, raak ons aan met uw adem, geef ons een vergezicht!

Draag ons op uw vleugels, zegen ons met uw licht!

Korte overdenking

Orgelspel

Zingen: Lied 705

1      Ere zij aan God, de Vader, ere zij aan God, de Zoon,

eer de heilge Geest, de Trooster, de Drie-enige in zijn troon.

Halleluja, halleluja, de Drie-enige in zijn troon.

2      Ere zij aan Hem, wiens liefde ons van alle smet bevrijdt,

eer zij Hem die ons gekroond heeft, koningen in heerlijkheid.

Halleluja, halleluja, ere zij het Lam gewijd.

3      Ere zij de Heer der englen, ere zij de Heer der kerk,

ere aan de Heer der volken; aard^en hemel looft uw werk!

Halleluja, halleluja, loof de koning, heel zijn kerk!

4      Halleluja, lof, aanbidding, brengen englen, U ter eer,

heerlijkheid en kracht en machten legt uw schepping voor U         neer.

Halleluja, halleluja, lof zij U, der heren Heer!

Gebeden

Inzameling van de gaven

Slotlied (staande): Lied 416

1      Ga met God en Hij zal met je zijn,

jou nabij op al je wegen met zijn raad en troost en zegen.

Ga met God en Hij zal met je zijn.

2      Ga met God en Hij zal met je zijn:

bij gevaar, in bange tijden, over jou zijn vleugels spreiden.

Ga met God en Hij zal met je zijn.

3      Ga met God en Hij zal met je zijn:

in zijn liefde je bewaren, in de dood je leven sparen.

Ga met God en Hij zal met je zijn.

4      Ga met God en Hij zal met je zijn,

tot wij weer elkaar ontmoeten, in zijn Naam elkaar begroeten.

Ga met God en Hij zal met je zijn.

Zegen

Zingen: Amen (3x)

 

Na de dienst is er gelegenheid de ouders te feliciteren